Heb je al eens gehoord van het gezelschapsspel Mahjong? Dit Chinese spel is vooral gekend in het Oosten, maar kent vele varianten waardoor het op verschillende manieren gespeeld kan worden. Vanwaar is het afkomstig en hoe wordt het gespeeld, dat lichten we hier verder toe.
Dit oeroude Chinese gezelschapsspel is vooral bekend in de oosterse wereld, bijna elke volwassen Chinees speelt of kent dit spel. Ook in Japan, Korea, de Filippijnen en Taiwan wordt het gespeeld, maar in de westerse wereld is het veel minder bekend en wordt het bijna niet of toch veel minder gespeeld.
Het spel wordt best met vier gespeeld, het is wel mogelijk om dit met minder dan vier te spelen maar dan bereik je veel sneller Mahjong. Het spel bestaat uit 144 stenen of kaarten die zijn onderverdeeld in verschillende categorieën, letters en cijfers. Men kan kiezen om met of zonder de seizoenen of bloemen te spelen. Er zijn 136 stenen met 4 seizoenen en 4 bloemen die eventueel kunnen worden toegevoegd. In het Oosten speelt men het spel vooral zonder de seizoenen en bloemen. Het spel kan je vergelijken met Rummikub, maar bij Mahjong moet je sets opbouwen, beginnende met een muur; de voorraad. Dit doe je tot je volledig uitkomt en dus “Mahjong!” kunt roepen. Naast stenen kan je Mahjong ook spelen met speelkaarten. Deze zijn moeilijker te verkrijgen, maar wel goedkoper dan de stenen.
Honderden miljoenen mensen spelen in China het spel Mahjong, ondanks dat het onder het bewind van Mao verboden was. Dictator Mao Zedong regeerde over China van 1949 tot 1976 met veel geweld en terreur om zo zijn politieke doelen te bereiken. In een groot land als China ontstonden er dan ook veel varianten op het spel en zijn er ook verschillende spelregels. De standaard spelregels worden uitgelegd bij de handleiding van het spel. Hieronder alvast een korte samenvatting.
Als het spel Mahjong wordt gespeeld met speelkaarten dan moet men geen muur bouwen. Men legt na het schudden de kaarten samen op één stapel. Als je dit wil spelen met gewone speelkaarten begin je met 4 sets van kaarten (met gelijke achterkanten).
Naast de 144 stenen of speelkaarten heb je ook twee dobbelstenen nodig. Deze worden gebruikt om de start van het spel te bepalen. Bovendien is er ook een winddoos of ‘mingg’, deze bevat vier schijfjes met de vier windrichtingen. Er zijn ook fiches of stokjes bij het spel, deze puntenstokjes worden verdeeld onder de vier spelers, zodat iedereen start met dezelfde puntenvoorraad.
Iedere speler ontvangt een windrichting. Dit gebeurt in spiegelbeeld: Oost is de gever, rechts van hem krijgt Zuid, links krijgt Noord en de speler daar tegenover krijgt West. De stenen worden omgekeerd en door elkaar geschud. Elke speler maakt een rij van 18 of 17 stenen (als men speelt zonder seizoenen en bloemen) en daarop nog een rij van dezelfde lengte.
Dit geheel wordt samen geschoven tot één groot vierkant, de ‘muur’. Dit is de voorraad, die enkel geopend mag worden volgens een specifieke procedure.
Het doel van het spel is om combinaties te maken. Een chow, paar, pung, kong en uiteindelijk mahjong. Mahjong is de ultieme combinatie waarbij je alle 5 voorgaande combinaties hebt gemaakt. Combinaties kunnen ook nog open of gesloten zijn.
Het spel eindigt als er mahjong wordt gemaakt, of als er nog 14 stenen in de muur liggen. Als het spel eindigt zonder dat mahjong is gemaakt, dan is het spel ongeldig en worden er geen punten geteld. Er bestaat veel onenigheid over de toe te passen puntentelling. Belangrijk is dus om dit op voorhand goed af te spreken, zodat er geen discussie ontstaat tijdens het spel.
Benieuwd en wil je zelf Mahjong spelen? Je kan het spel online bestellen of eventueel na de reisbeperkingen, vanwege de coronapandemie, zelf gaan spelen in het Oosten. Alvast veel plezier gewenst!