Daar lijkt het op, althans volgens een opiniestuk van Vrienden van de Doorbraak op de Vlaams-nationalistische opiniewebsite Doorbraak. Hieronder vatten we samen op welke wetsvoorstellen het artikel die stelling baseert. Hoewel het stuk uiteindelijk vooral argumenten geeft tegen een reclameverbod op online gokken. Hun mening, niet noodzakelijk die van ons.
Op 25 oktober 2018 legde België de reclame voor online gokken aan banden, met een Koninklijk Besluit. Houders van vergunningen A+ of B+, namelijk casino’s en speelautomatenhallen die ook online actief zijn, mochten enkel nog op hun eigen website en via gepersonaliseerde boodschappen reclame maken voor hun diensten. Anderzijds mochten online aanbieders van sportweddenschappen wel nog beperkt reclame maken via televisie of andere sites.
Op 18 februari 2020 maakte de Raad van State echter bekend dat reclame maken voor online-casino’s opnieuw toegelaten is. Dat adviesorgaan en rechtscollege besloot de reclamebeperkingen uit het KB op te heffen, wegens discriminerend. Tot teleurstelling van onder meer minister van Justitie Koen Geens, die net nog strengere regels wenst.
Ondertussen werken andere politici verder aan een nieuw reclameverbod. Zo pleit Groen voor een totaal verbod op reclame, waarvoor de partij in juli 2019 een wetsvoorstel op tafel legde. In november 2019 dienden John Crombez en Jan Bertels, beide volksvertegenwoordigers van sp.a, eveneens een wetsvoorstel in om een reclameverbod voor online gokken in te voeren.
Volgens een opiniestuk van Vrienden van de Doorbraak gaat het daarbij om een eerder afgewezen wetsvoorstel van Peter Vanvelthoven (sp.a). Het voorstel van Crombez gaat volgens hen verder dan het deels opgeheven KB. Indien de politicus zijn voorstel wil doen slagen, zal hij zijn “vriend” (sic) Jannie Haec, gedelegeerd bestuurder van de Nationale Loterij, “niet langer van een verbod op reclame kunnen vrijwaren.” “Hij kan dat doen door zich aan te sluiten bij het totaal verbod op reclame en sponsoring voor gokken en loterijen van Stefaan Van Hecke (Groen), hoewel zijn wetsvoorstel momenteel terecht weinig politieke slaagkansen heeft.”
Vervolgens schetst het opiniestuk op Doorbraak hoe vele voetbalclubs uit de eerste klasse en Pro League door gokbedrijven gesponsord worden. Zo wordt Club Brugge gesponsord door Unibet, een deal waarmee zo’n 6 miljoen euro bemoeid zou zijn. Iets waarover Club Brugge alleen kwijt wou dat het budget drie keer zo hoog lag als dat van mogelijke andere sponsors. Volgens het stuk op Doorbraak maakte het KB van 25 oktober 2018 “sportsponsoring quasi onmogelijk, maar gebruikten de gokbedrijven een achterpoortje door een brandingoperatie op te zetten van hun merk en niet te sponsoren met Unibet.be maar met het merk Unibet.”
Volgens het opiniestuk “is de sponsoring van het voetbal door gokconcerns heus niet verwonderlijk als je weet dat er wereldwijd 500 miljard euro per jaar op het voetbal gegokt wordt.” Een bedrag dat volgens De Morgen een conclusie zou zijn van een Nederlands onderzoek. De auteur op Doorbraak is dan ook van mening dat “het volgende schandaal in het voetbal een schandaal zal zijn met goksponsors die wedstrijden manipuleren. Ik sta niet alleen met die mening.”
Alle reclame en sponsoring voor online gokken is onverantwoord, gaat het stuk verder. Meer zelfs: “Er is geen enkel zinnig argument te bedenken om geen reclame toe te laten op sportwedstrijden en al zeker niet als je ze wettelijk kanaliseert. Een economische activiteit toestaan en vervolgens verbieden om er reclame voor te maken is absurd. Je verhoogt er het verboden-vrucht-gehalte mee. Bovendien is het zwaar taxeren van een economische activiteit en haar vervolgens verbieden reclame te maken hypocriet.”
Tegelijk hebben voetbal- en andere sportclubs volgens het artikel op Doorbraak hun financieel en economisch model opgebouwd “rond het ontvangen van hoge sponsorbedragen door gokconcerns”. Dat kan je volgens het artikel niet jarenlang toelaten en dan “plotsklaps” verbieden. Je moet de sector de kans geven om zijn model aan te passen. Schaf enkel de sportsponsoring af en niet de reclame (…). Zo krijgen sportclubs de tijd om zich aan te passen aan de nieuwe wetgeving.”
Lees het volledige opiniestuk op Doorbraak